Psoriasis en visolie | Wetenschappelijke onderzoeken en artikelen

2003

 

titel:

Lithium-Associated Psoriasis and Omega-3 Fatty Acids

auteur:

Akkerhuis GW, Nolen WA.

tijdschrift:

The American journal of psychiatry.

jaargang:

2003, Jul;160(7):1355.

opmerkingen:

De link verwijst naar een abstract van dit overzichtsartikel.

 

 

2002

 

titel:

Omega-3 fatty acids in inflammation and autoimmune diseases

auteur:

Simopoulos A.P.

tijdschrift:

Journal of the American College of Nutrition

jaargang:

2002 Dec;21(6):495-505

opmerkingen:

De link verwijst naar een abstract van dit overzichtsartikel.

De auteur was ten tijde van publicatie verbonden aan het Center for Genetics, Nutrition and Health, Washington, DC.

 

titel:

Polyunsaturated fatty acids and inflammatory diseases

auteur:

Gil, A.

tijdschrift:

Biomedicine & pharmacotherapy

jaargang:

2002 Oct;56(8):388-96

opmerkingen:

De link verwijst naar een abstract van dit reviewartikel.

De auteur was ten tijde van publicatie verbonden aan de Farmaceutische Faculteit, afdeling Biochemie en Moleculaire Biologie van de Universiteit van Granada in Spanje.

 

titel:

n-3 fatty acids in psoriasis

auteurs:

Mayser P, Grimm H, Grimminger F

tijdschrift:

British Journal of Nutrition

jaargang:

2002 Jan;87 Suppl 1:S77-82

opmerkingen:

De link verwijst naar een abstract van dit overzichtsartikel.

De auteurs waren ten tijde van publicatie verbonden aan de Justus-Liebig-Universität Gießen.

 

 

1998

 

titel:

Omega-3 fatty acid-based lipid infusion in patients with chronic plaque psoriasis: results of a double-blind, randomized, placebo-controlled, multicenter trial

auteurs:

Mayser P, Mrowietz U, Arenberger P, Bartak P, Buchvald J, Christophers E, Jablonska S, Salmhofer W, Schill WB, Kramer HJ, Schlotzer E, Mayer K, Seeger W, Grimminger F

tijdschrift:

Journal of the American Academy of Dermatology

jaargang:

1998 Apr;38(4):539-47

opmerkingen:

De link verwijst naar een abstract van dit klinisch onderzoek.

De auteurs waren ten tijde van publicatie verbonden aan de Justus-Liebig-Universität Gießen.

 

 

1996

 

titel:

Effect of three sources of long-chain fatty acids on the plasma fatty acid profile, plasma prostaglandin E2 concentrations, and pruritus symptoms in hemodialysis patients

auteurs:

Peck LW, Monsen ER, Ahmad S

tijdschrift:

American Journal of Clinical Nutrition

jaargang:

1996 Aug;64(2):210-4

opmerkingen:

De link verwijst naar een abstract van dit klinisch onderzoek.

De auteurs waren ten tijde van publicatie verbonden aan de Purdue University West Lafayette, Indiana.

In een door Peck et al. uitgevoerd dubbelblind-onderzoek bij mensen die wegens ESRD (end-stage renal disease) hemodialyse ondergingen bleek suppletie met visolie de pruritus-klachten waar deze patiënten vaak door worden geplaagd te verminderen.

Bij mensen met ESRD wordt in het plasma vaak een afwijkend vetzuren-patroon aangetroffen dat wijst in de richting van een essentiële vetzuren-deficiëntie. Ook zijn er vaak klinische verschijnselen die op een dergelijk tekort wijzen, zoals vertraagde wondgenezing, verhoogde vatbaarheid voor infecties en een droge schilferige huid. Deze huidconditie kan gepaard gaan met hinderlijke jeuk.

In het hier vermelde onderzoek werden 25 hemodialyse-patiënten met pruritus-symptomen verdeeld in drie groepen die volgens een dubbelblind-systeem gedurende 8 weken elk met een verschillend vetzuren-preparaat werden behandeld. Het supplement bevatte bij 8 mensen saffloerolie, bij 9 personen olijfolie en bij 8 patiënten visolie. Dit laatstgenoemde type olie bevat de sterk onverzadigde vetzuren EPA (eicosapentaëenzuur) en DHA (docosahexaëenzuur).

Zowel aan het begin als aan het eind van de suppletie-periode werd door middel van een speciale vragenlijst de ernst van de jeuk-klachten geëvalueerd. Ook werd vóór en na de suppletie-periode het vetzuren-profiel in het plasma bepaald. Als vergelijkingsmateriaal werden bovendien de vetzuren-waarden bij 22 gezonde vrijwilligers gemeten.

Vastgesteld werd onder meer dat in de patiënten-groep het baseline-EPA-niveau lager was dan in de controlegroep, terwijl het oliezuurgehalte hoger was. Aan het eind van de suppletie-periode werd geconstateerd dat de pruritus-symptomen in de visolie-groep meer waren verbeterd dan in de olijfolie- en de saffloerolie-groep. Ook wat betreft het veranderen van het vetzuren-profiel bleek de visolie effectiever te zijn.

Tot de veranderingen die in de visolie-groep waren opgetreden behoorden een afname van het oliezuurgehalte en een toename van het EPA- en DHA-niveau. De visolie-suppletie resulteerde bovendien in een daling van de hoeveelheid arachidonzuur, terwijl het plasma-niveau van het uit dit vetzuur gevormde PGE2(prostaglandine E2) was gestegen.

Deze bevindingen maken het aannemelijk dat het gunstige effect van de visolie is te danken aan een anti-inflammatoire werking als gevolg van een verandering in het metabolisme van arachidonzuur waardoor hieruit meer PGE2 en minder LTB4(leukotriëen B4) wordt gemaakt. Omdat de ontstekingbevorderende werking van LTB4 groter is dan van PGE2 heeft deze verschuiving in de productie van pro-inflammatoire substanties per saldo een ontstekingremmend effect.
Bron: Stichting Orthomoleculaire Educatie

 

 

1988

 

titel:

Fish again for dinner! The role of fish and other dietary oils in the therapy of skin disease

auteur:

Isseroff R.R.

tijdschrift:

Journal of the American Academy of Dermatology

jaargang:

1988 Dec;19(6):1073-80

opmerkingen:

De link verwijst naar een abstract van dit artikel.

De auteur was ten tijde van publicatie verbonden aan het Health Affairs, University of California.